Meer geschiedenis? Kijk op NPOKennis.nl
↳ Enter om te zoeken
9 november 2000

De BB: Bescherming Bevolking

De BB: Bescherming Bevolking
Bekijk Video
1 min

De organisatie Bescherming Bevolking, beter bekend als de BB, geniet geen goede reputatie. Zo luidt de eerste zin van het boek van historicus Bart van der Boom over de geschiedenis van de Bescherming Bevolking.

De BB werd in 1952 opgericht om de bevolking van Nederland te beschermen tegen de gevolgen van luchtaanvallen door de vijand. En die vijand was in de Koude Oorlog de Rus.
Die bescherming zou moeten worden geboden door een organisatie die voor het overgrote deel zou worden bemand (mannen en vrouwen) door vrijwilligers. Er was becijferd dat voor heel Nederland een aantal van 230.000 vrijwilligers noodzakelijk was. Die zouden bij een luchtaanval zo snel mogelijk in actie komen om puin te ruimen, gewonden naar ziekenhuizen te vervoeren, branden te blussen. Tevens kwam er een landelijk waarschuwingssysteem, waarvan de sirenes het meest luidruchtige teken waren.

Wervingsacties

Om de bevolking warm te maken voor de BB werden propagandafilms gemaakt, die in zaaltjes en bioscopen werden vertoond. En van die films was 'De les van Londen'. Die film liet de gevolgen zien van de luchtaanvallen door Hitler-Duitsland op Londen. Men zag gebouwen in puin, maar over die puinhopen liepen gehelmde mannen als mieren op zoek naar slachtoffers terwijl collega's de uitgebroken branden blusten. Dat was de les van Londen: de grote schade die het bombardement van Rotterdam in mei 1940 had aangericht was voor een groot deel veroorzaakt door branden die niet tijdig waren geblust. En de schade in Londen viel relatief - mee. Na vertoning van een dergelijke film, kon men zich opgeven als noodwachter bij de BB. Velen deden dat. Het streefgetal van 230.000 is echter nooit gehaald. Het totale resultaat van de werving was 123.000. Iets meer dan de helft. En ook latere wervingsacties halverwege de jaren vijftig hebben er niet voor gezorgd dat de BB op volle sterkte kwam.

Eerste gebreken

Er was dus een gebrek aan noodwachters. Maar er was ook een gebrek aan materiaal. Want, hoewel de propaganda films hallen vol spullen toonden als pikhouwelen, helmen en eerste hulp tassen, werd er in de praktijk geklaagd. De uniformen die men van rijkswege toebedeeld had gekregen, bleken niet te voldoen. Ze waren gemaakt van goedkope blauwe stof, die bij aanraking met water snel afgaf. Schoeisel werd er niet bijgeleverd. Die moest men zelf meenemen. P. Dijkstra, hoofd BB Gelderland a, kreeg halverwege de jaren vijftig met dat gebrek aan materiaal te maken. Dijkstra had de leiding over een groot gebied rond Harderwijk. Maar zijn terrein had van Den Haag niet de A-status gekregen. Die was voorbehouden aan plekken als Amsterdam en Rotterdam. Harderwijk en omgeving was slechts een B-kring. Dijkstra kreeg van Den Haag geen eigen brandweerspullen. In tijden van nood diende hij bij de reguliere brandweer aan te kloppen. Herhaaldelijk verzocht Dijkstra Den Haag om eigen spuiten. Hij kreeg ze niet. Geen geld.

Deze Haagse zuinigheid was in een tijd van wederopbouw misschien wel begrijpelijk, maar zeker niet bevorderlijk voor de motivatie van de noodwachters. Noodwachters haakten af en er kwamen te weinig nieuwelingen bij. En het leidde er ook toe dat een groot deel van de bevolking toch enigszins lacherig naar de oefeningen van de BB keek.

Atoombom: onder de trap

Echt grote problemen kwamen aan het eind van de jaren vijftig. Toen werd de dreiging van de atoombom reeel. Wat viel er nu tegen een dergelijk wapen nog uit te richten? Niet alleen de kracht van de atoombom is verschrikkelijk, er is ook de radioactieve straling. In 1961 kwam het ministerie van Binnenlandse Zaken met een folder die bij ieder huis in Nederland werd afgeleverd. De folder heette: Wenken voor de Bescherming van Uw Gezin en Uzelf. Hierin werd dringend geadviseerd in huis een schuilplaats in te richten voor het-geval-dat. Het liefst in een kelder, als die er niet was dan maar onder de trap en als er helemaal niks was, dan kon men nog altijd onder het schrijfbureau gaan zitten en de bom over zich heen laten komen. De hele folder ademt de sfeer dat een atoombom wel heel erg is, maar dat men zich met een paar eenvoudige maatregelen toch aardig zou kunnen beschermen.

De regering was in die tijd vooral bang dat de bevolking het gevoel zou krijgen dat er tegen die bom niets te doen was. Dat zou leiden tot defaitisme en dat diende te worden voorkomen. Het succes van de 'Wenken' was zeer betrekkelijk. Bijna niemand richtte een schuilplaats in, ook veel BB-mensen niet.

Commissie Algemene Verdedigingsvoorbereiding

Werd de BB in Den Haag serieus genomen? Dat is maar de vraag. In 1953 had de regering Drees een zware adviescommissie laten formeren: de Commissie Algemene Verdedigingsvoorbereiding (CAV). Deze commissie bestond uit hoge ambtenaren van negen ministeries. De commissie werd gevraagd om met een afgerond plan te komen voor de civiele verdediging van Nederland. In mei 1956 werd het plan gepresenteerd. Het was een groot, samenhangend en doorwrocht geheel. De uitvoering van het plan zou veel geld kosten, maar, zo had de commissie becijferd, voor een geloofwaardige civiele verdediging was 542 miljoen voor de komende vier jaar het absolute minimum. Zonder opgaaf van redenen kwam de regering Drees enige tijd later met een nieuwe opdracht aan de CAV: maak een nieuw plan voor maximaal 175 miljoen. In 1959 kwam dat plan er, maar de kosten waren wat hoger: 270 miljoen voor vier jaar. Het antwoord op dit voorstel is in de begroting van 1960 te vinden. De regering trok 50 miljoen per jaar uit voor de komende regeerperiode. Vijftig miljoen per jaar en geen cent meer.

In stand houden van een illusie

Bart van der Boom probeert in zijn boek het verschil tussen het noodzakelijke budget en de daar ver onder liggende verstrekte middelen te verklaren. Die verklaring ligt in de werking van de afschrikkingstrategie: je bereidt je voor op een oorlog met de bedoeling dat die er nooit komt. De vijand moet het idee krijgen dat een aanval zal leiden tot een enorme vergelding. En de civiele verdediging is daarvan een onderdeel. De vijand ziet dan dat de bevolking op een aanval is voorbereid en de wil en de kans heeft die te overleven. Dat is de ene kant. De andere is dat de bevolking niet het idee mag krijgen dat er tegen een atoomaanval niets te beginnen valt. Dat zou leiden tot genoemd defaitisme. Kortom: de civiele verdediging hoefde niet te werken, als de vijand en de bevolking maar zouden denken dat deze zou werken. En het in stand houden van die illusie, zo concludeerde de regering, kostte een stuk minder dan een werkelijk goede civiele verdediging.

Een onmogelijke opdracht

Liet de bevolking zich misleiden? Gezien de reacties op de 'Wenken' mag dat worden betwijfeld. De burger doorzag de tegenstrijdigheid van de redenering dat de BB iets zou kunnen betekenen als een Derde Wereldoorlog zou uitbreken. Immers, de afschrikkingstrategie zegt: Omdat een Derde Wereldoorlog allesvernietigend is, komt ze er niet. De boodschap van de BB was: de Derde Wereldoorlog komt er misschien wel, en is niet allesvernietigend.

Eind jaren zeventig leefden er in de boezem van het kabinet plannen om de BB op te heffen. Er was, weer eens, te weinig geld. Alleen sprak de toenmalige minister van Binnenlandse Zaken, Hans Wiegel, niet van opheffing, maar 'van een andere opzet van de bescherming van de bevolking'. Die andere opzet hield in dat de brandweer en het Rode Kruis zouden worden uitgebreid. Per 1 juli 1986 verdween de BB definitief van het toneel. De BB was dus opgezadeld met een onmogelijke opdracht. Zo schrijft Bart van der Boom op de laatste pagina. Om te eindigen met: 'Dat ze die met weinig succes vervulde, mag nauwelijks verbazen.'

Tekst, reportage & research: Godfried van Run

Literatuur

Bart van der Boom, Atoomgevaar? Dan zeker de B.B., de geschiedenis van de Bescherming Bevolking. Sdu Uitgevers Den Haag, 2000.

Vragen?

Heeft u vragen, ideeën of opmerkingen?

Neem dan contact op met de redactie: