Meer geschiedenis? Kijk op NPOKennis.nl
↳ Enter om te zoeken
Bombardement Nijmegen Sint Stevenskerk
De Sint Stevenskerk na het bombardement © Regionaal Archief Nijmegen

Splinterbommen bij de tramhalte
De tienjarige Gerard Bakker gaat op 22 februari 1944 in zijn nieuwe pak naar school. Hij is al met zijn vriendje Karel Zwarts buiten het tuinhekje wanneer hij zich omdraait om zijn moeder nog een extra kus te geven. De laatste... Dat zal zijn moeder nooit vergeten. Gerard en zijn vriendjes staan bij de tramhalte als de splinterbommen naar beneden komen.

Einde van de lunchpauze
Schoenenverkoopster Nelly Burgers brengt die 22e februari de lunchpauze door met haar vriendin Riek Michels. Riek werkt bij de V&D en is even binnengewipt in de schoenenzaak. Een voltreffer verwoest het pand volledig. Van de vriendinnen is vrijwel niets teruggevonden.

Verwoeste kerken
Pater Gerlacus Spée is op 22 februari buiten aan het werk. De huishoudster heeft hem net naar binnen geroepen voor de lunch als een paar bommen de pastorie en de Franciscuskerk vol raken. In totaal verwoesten het bombardement vier kerken in de Nijmeegse binnenstad.

“Het aantal getroffenen was zóó groot, dat er handen tekort kwamen.”

Binnenstad onbereikbaar
Pas een uur na de ramp kunnen ambulances het centrum bereiken. Door de grote hoeveelheden puin in de straten, waar ook overal doden en gewonden liggen, is er geen doorkomen aan. Het ontbreken van gas, water en elektriciteit bemoeilijkt de eerste hulp.

“... vaak afgrijselijk verminkt, stuiptrekkend, worstelend met den dood. Geestelijken verleenden hun bijstand, doktoren dienden hun injecties toe, om hun lijden te verzachten, maar het aantal getroffenen was zóó groot, dat er handen tekort kwamen”, schrijft A. Lammerts van Bueren over de situatie in een hulppost.

Het grootste probleem is dat de stad in brand staat. Het is vaak onmogelijk om de gewonden te bereiken. Machteloos moeten hulpverleners toezien hoe ingesloten mensen sterven. Een Wehrmachtofficier lost zelfs een genadeschot. Waarschijnlijk ligt door de vele branden het uiteindelijke aantal doden een stuk hoger dan het aantal mensen dat direct sterft of zwaargewond raakt door een bominslag.

De verwoeste Pauwelstraat. De klok staat stil op het tijdstip dat de bommen vielen.
De verwoeste Pauwelstraat. De klok staat stil op het tijdstip dat de bommen vielen © Regionaal Archief Nijmegen

Hoe moet Nijmegen verder?
Het bombardement op Nijmegen is een van de grootste rampen die Nederland in de twintigste eeuw treft, met duizenden gewonden, 1250 verwoeste huizen en bijna 800 doden. De impact op de stad is enorm. Honderden mensen raken dakloos en moeten zich noodgedwongen vestigen in schuilkelders.

Ook op de omgang met zoveel dodelijke slachtoffers is de stad niet voorbereid. Nijmegen heeft bij lange na niet voldoende doodskisten. Nog dezelfde dinsdag krijgen gemeentes in de omgeving het dringende verzoek om kisten te leveren, maar ook nadat deze gearriveerd zijn, blijft het aantal kisten ontoereikend. Meerdere doden, zeker als het kinderen betreft, komen samen in een kist te liggen.

In het verzuilde Nijmegen ligt het voor de hand dat er meerdere begrafenisplechtigheden plaatsvinden. De waarnemend burgemeester beluit desondanks tot een gezamenlijke begrafenis in massagraven. Op zaterdag 26 februari 1944 begraaft Nijmegen collectief zijn doden. Daarna krijgen protestanten en katholieken wel de gelegenheid om hun dierbaren opnieuw te begraven.

22 februari 1944

Propagandafilm bombardement in Nijmegen

Propagandafilm bombardement Nijmegen
Bekijk Video
4 min

Propaganda na het bombardement
De gecensureerde pers reageert in het begin met korte feitelijke berichten, maar na enkele dagen beginnen ze bewust onjuiste informatie en dramatische, propagandistische verhalen te verspreiden. De Duitse bezetter meet de gevolgen van de ramp die veroorzaakt is door de geallieerden breed uit. Met hun propaganda hebben ze vrij spel, omdat de regering in Londen niet reageert.

Naast kranten en weekbladen gebruiken ze radioprogramma’s, bioscoopjournaals en affiches. Een affiche schildert het bombardement af als een bewuste actie van ‘vrienden’ om zoveel mogelijk mensen te doden.

Ook de kranten schrijven zo over de geallieerden, terwijl ze tegelijk berichten over Duitse successen bij het bombarderen van Londen. Ondanks de nazi-propaganda zien veel Nederlanders het bombardement als een gevolg van de oorlog die Duitsland heeft veroorzaakt. De illegale pers geeft de schuld aan ‘de moffen’. 

20 juli 2004

Bombardement van Nijmegen

nijmegen 2
Bekijk Video
27 min

Nieuw onderzoek
In Nijmegen roept de aflevering van Andere Tijden uit 2004 kort na uitzending een stroom reacties op. Zo vertelt één Amerikaanse vliegenier dat het beoogde doelwit de Waalbrug was en een ander vertelt dat ze dachten dat ze het Duitse Goch of Kleef bombardeerden. Het bombardement krijgt bovendien de stempel ‘vergissingsbombardement’, maar was het wel een vergissing?

De documentaire van Andere Tijden is de aanleiding voor de gemeente Nijmegen om een nieuw onderzoek te starten, maar dat onderzoek levert vooral nieuwe vragen op. Historicus Joost Rosendaal duikt verder in het onderwerp. De resultaten van zijn onderzoek publiceert hij in 2009 in Nijmegen ’44.

Big Week
Voor de antwoord op de vraag ‘was het een vergissing?’ moeten we terug naar de reden waarom de bommenwerpers op 22 februari 1944 boven Nijmegen vliegen. Ze zijn onderdeel van de operatie Big Week.

Zowel de Duitsers, de Amerikanen en de Britten zijn er al voor de Tweede Wereldoorlog van overtuigd dat ze volgende oorlog in de lucht moeten winnen. De tijd van man-tot-mangevechten zou voorbij zijn. Met vliegtuigen willen ze de vijandelijke economie verlammen en daarmee de overgave van de vijand afdwingen.

Laatste kans
In februari 1944 krijgen de geallieerden de laatste kans om met een luchtoorlog de nazi’s te verslaan. In een speciale superweek met een grote golf van luchtaanvallen proberen ze een doorbraak te forceren. Als deze Big Week geen succes wordt, moet de weg naar de vrijheid toch over land gaan, via de Franse kust met een lange opmars richting Berlijn.

Op de derde dag van Big Week – dinsdag 22 februari – stijgen ruim duizend vliegtuigen op in Engeland. Het doel is om zes steden in Duitsland te bombarderen, maar eenmaal in de lucht blijken de weersomstandigheden te slecht voor precisiebombardementen. De Engelse basis roept de vliegers terug. De recall resulteert al snel in een enorme chaos in de lucht. Bijna duizenden vliegers proberen om te draaien en raken daardoor uit formatie.

Gelegenheidsdoel
Een deel van de vliegers wil niet terugkeren zonder te bombarderen. Ze kiezen een nieuw doel, een gelegenheidsdoel. Hiervoor hebben ze specifieke instructies gekregen. De voorkeur gaat uit naar vliegvelden, spoorwegen of fabrieken. Boven Nijmegen is de lucht kraakhelder en in de stad ligt een groot spoorwegemplacement. Het is een ideaal doelwit.

Geen vergissing
De term ‘vergissing’ is volgens historicus Rosendaal niet van toepassing op dit bombardement van 22 februari 1944. De vliegers zijn op die dag in eerste instantie niet van plan om Nijmegen te bombarderen, maar ze kiezen het doelbewust uit als gelegenheidsdoel. Toch maken de vliegers wel een andere cruciale vergissing: ze maken een inschattingsfout waardoor het grootste gedeelte van de bommen niet op het spoor, maar op de binnenstad van Nijmegen valt.

Bommen op burgers
Uitzonderlijk is een bombardement op Nederlandse burgers door de geallieerden niet. Ook op Enschede, Arnhem en Deventer vallen op 22 februari 1944 bommen op woonwijken. Een jaar daarvoor is Rotterdam – opnieuw – geraakt door een bombardement waarbij ongeveer vierhonderd doden vallen. In 1945 komen ruim 550 mensen om bij een bombardement in Den Haag.

En zo zijn er nog veel meer voorbeelden, zoals in Amsterdam, Venlo, Breskens en Eindhoven. Maar nergens zijn de gevolgen van een geallieerd bombardement zo groot als in Nijmegen.

Credits
  • Anne Verwaaij
Bronnen
  • De pijn die blijft

    Bart Janssen, De pijn die blijft. Ooggetuigenverslagen van het bombardement van Nijmegen 22 februari 1944 (Nijmegen 2005).

  • Nijmegen '44

    Joost Rosendaal, Nijmegen '44: Verwoesting, verdriet en verwerking (Nijmegen 2009).

Vragen?

Heeft u vragen, ideeën of opmerkingen?

Neem dan contact op met de redactie:

Meer Andere Tijden